Is het zinvol om patiënten die toch al voor behandeling in het ziekenhuis komen, ook te helpen met een gezondere leefstijl? Amsterdam UMC en het UMC Groningen (UMCG) gaan dat onderzoeken. Daarvoor wordt een intern leefstijlloket opgericht.

Het belang van een gezonde leefstijl komt steeds hoger op de maatschappelijke agenda te staan, vertelt Hidde van der Ploeg van de afdeling Public and Occupational Health (POH). “Er is een enorme druk op de zorg. Nederlanders worden steeds ouder, wat gepaard gaat met een toename van gezondheidsklachten. Bovendien is tijdens de covid-pandemie gebleken dat mensen met een minder gezonde leefstijl eerder op de IC terechtkomen.”
Ook patiënten die al een ziekte onder de leden hebben, zijn gebaat bij een gezondere leefstijl, stelt Van der Ploeg. “Ons zorgsysteem is echter meer gefocust op het beter maken van mensen dan op het voorkomen dat ze ziek of nog zieker worden. Door patiënten gezonder te laten leven, hoop je dat ze sneller herstellen, minder gezondheidsproblemen erbij krijgen, hun ziekte beter managen en een hogere kwaliteit van leven hebben.” Om dit te bewerkstelligen, hebben de afdeling POH en het UMCG de handen ineengeslagen en onderzoeken ze of het zinvol is om iemand tijdens het spreekuur in het ziekenhuis door te verwijzen voor leefstijladviezen. De eerste studie PIE=M – Physicians Implement Exercise is Medicine – is inmiddels afgerond en richtte zich op het thema bewegen als medicijn.

Weinig tijd

PIE=M startte in 2018 en werd gefinancierd door ZonMw. De onderzoekers wilden weten hoe je ziekenhuisartsen er toe aanzet om patiënten makkelijker door te verwijzen naar beweegprogramma’s. Daarvoor spraken zij uitgebreid met professionals van de afdelingen Revalidatie, Oncologie en Orthopedie (alleen bij UMCG). Van der Ploeg: “We zien dat sommige behandelaars er open voor staan en anderen juist minder. Het onderliggende probleem is dat artsen weinig tijd hebben binnen hun consulten. Aandacht besteden aan bewegen schiet er dan bij in. Bovendien weten ze vaak niet welk advies ze moeten geven en naar wie ze moeten doorverwijzen.”
Om dat laagdrempeliger te maken, ontwikkelden de onderzoekers een korte vragenlijst voor patiënten en een tool voor artsen die gekoppeld is aan het elektronisch patiëntendossier (EPD). De vragenlijst over onder meer lichaamsgewicht, beweegpatroon en behoefte aan beweegadvies moeten de patiënten van tevoren zelf invullen, waarna de arts via de computer eenvoudig kan zien of het bespreken van zo’n advies voor die persoon nuttig is. Hoewel de covid-pandemie het onderzoek belemmerde, waren de eerste ervaringen positief. De volgende stap is het introduceren van een leefstijlloket in het ziekenhuis, waarnaar de arts de patiënt kan doorverwijzen voor uitgebreide adviezen.

Leefstijlmakelaar

Zo’n leefstijlloket is het onderwerp van het vervolgonderzoek LOFIT, dat staat voor ‘Leefstijlloket Om leeFstijlgeneeskunde te Integreren in de behandeling van paTiënten in het ziekenhuis’. Projectleider is Judith Jelsma, bewegingswetenschapper, epidemioloog en ooit werkzaam als leefstijlcoach. Zij benadrukt dat het niet alleen gaat om bewegen als medicijn. “We richten ons op een algemene gezonde leefstijl. Dus naast bewegen moet je denken aan onderwerpen als voeding, stress, slaap, alcoholgebruik en roken. De zorgverlener kan de patiënt doorverwijzen naar een loket, waar een leefstijlmakelaar zit. Die heeft tijd om de patiënt te motiveren zijn gedrag te veranderen en door te verwijzen naar nulde- of eerstelijns leefstijlinitiatieven bij hem in de buurt. We zijn toch een academisch ziekenhuis waar patiënten vanuit heel Nederland naartoe komen. Als de patiënt begeleiding krijgt in zijn eigen regio, dan is de drempel lager om hieraan mee te blijven doen.”

Innovatiesubsidie

Naast het LOFIT-project, dat ZonMw wederom financiert, heeft de Raad van Bestuur dit jaar een innovatiesubsidie beschikbaar gesteld om leefstijl meer onderdeel te maken van de zorg in Amsterdam UMC. Met de innovatiesubsidie komt het leefstijlloket niet alleen beschikbaar voor de afdelingen Interne geneeskunde en Orthopedie – die meedoen aan de LOFIT-studie – maar is het ook binnen handbereik voor de afdelingen HPB-chirurgie (lever, alvleesklier, galblaas en galwegen), Verloskunde en Gynaecologie.

Effect en implementatie

Eerst moeten Jelsma en haar team aantonen dat een leefstijlloket bijdraagt aan gezondheidswinst voor de patiënt. Dit gebeurt in een gerandomiseerd onderzoek samen met het UMCG. Beide ziekenhuizen zullen gedurende een jaar in totaal 552 patiënten met leefstijlgerelateerde ziekten includeren op de afdelingen Interne geneeskunde en Orthopedie. De helft van de deelnemers wordt doorverwezen naar het leefstijlloket en de rest krijgt de standaard zorg. Bij de start voeren de onderzoekers metingen uit die ze na een jaar herhalen om het effect van de leefstijlbegeleiding te bestuderen. Daarnaast kijken ze naar de kosteneffectiviteit van de aanpak en doen ze een procesevaluatie. Als het leefstijlloket een succes blijkt, focust de studie op een goede implementatie ervan op álle afdelingen van Amsterdam UMC.

De voorbereidingen zijn inmiddels in gang gezet. Zo spreken de onderzoekers met veel zorgverleners binnen het ziekenhuis, leefstijlinitiatieven in de regio, huisartsen en patiënten om te bekijken hoe ze zo’n leefstijlloket moeten vormgeven. Jelsma: “We hebben inmiddels meer dan 80 mensen gesproken. Als alles volgens plan verloopt, kunnen we binnenkort met het loket van start gaan.”

Tekst: John Ekkelboom
Foto: Marieke de Lorijn

Een uitgebreidere versie van dit artikel verscheen in ons populair-wetenschappelijke tijdschrift Janus.