Consortiumleider en hoogleraar Global Migration, Ethnicity and Health van Amsterdam UMC, Charles Agyemang: "We zien vooral in Afrika ten zuiden van de Sahara een toename van het aantal chronische ziekten, zoals hart- en vaatziekten en diabetes. We zien ook dat WHO-maatregelen niet goed werken. Dat komt mede omdat de gegevens waarop de gekozen aanpak is gebaseerd, komen uit westerse landen met een hoog inkomen. De verschillen tussen mensen en samenlevingen zijn soms groot, en een aanpak die hier werkt, hoeft elders niet te werken en andersom. We moeten op zoek naar maatregelen die beter passen bij de bevolking in Afrika.”
Jonge mensen
Het consortium bestaat naast Nederlandse onderzoekers uit partners in Frankrijk, België en het Verenigd Koninkrijk. Daarnaast spelen Afrikaanse partneruniversiteiten en onderzoeksinstellingen in zowel Kenia als Ghana een grote rol. Met de Horizon-subsidie van 3 miljoen euro richt het consortium zijn pijlen vooral op mensen tussen de 10 en 24 jaar. “Juiste deze groep is vatbaar voor gedragsverandering, en juist deze groep krijgt minder aandacht in het huidige WHO-beleid. Dat is zonde", zegt Agyemang, ”chronische ziekten worden vaak veroorzaakt door gedrag dat begint op jonge leeftijd, zoals te weinig bewegen en ongezond eten.”
Het onderzoek richt zich op drie plaatsen die invloed hebben op jonge mensen en groepen: middelbare scholen, familie/religieuze gemeenschappen en sociale media. In Sub-Sahara Afrika gaat volgens de Wereldbank de helft van de kinderen niet naar school. Daarom is een preventie-aanpak die verder gaat dan het klaslokaal zo belangrijk. Agyemang gelooft dat deze veelzijdige aanpak "zorgt voor de motivatie die bij zowel oud als jong nodig is om gezonder te leven.”
Zichtbaar zijn
Amos Laar, hoogleraar Public Health Nutrition aan de Universiteit van Ghana, zegt dat het bestrijden van de soms zeer verschillende chronische ziekten heel complex is. ”Het vereist een aanpak die gericht is op meerdere risicofactoren.” Denk daarbij aan te weinig bewegen en een dieet met onvoldoende groente en fruit. “Je moet je daarbij richten op mensen van heel verschillende leeftijden, via meerdere platforms. Je moet weten waar mensen hun informatie vandaan halen, en precies daar zichtbaar zijn. Het is belangrijk dat iedereen zich betrokken voelt bij de problematiek, zodat iedereen zich realiseert dat je zelf echt iets kan doen om je eigen gezondheid jezelf en die van je omgeving te bevorderen. Zowel voor degenen die ziek zijn als ook, en vooral, om de ziektes te voorkomen.”
Verschillende gemeenschappen
Dr. Gershim Asiki, co-onderzoeker en hoofd van de NCD's Unit (afdeling chronische ziekten) in het African Population Health Research Centre in Kenia, benadrukt dat. "Dit internationale project bekijkt wat er in de verschillende gebieden en bij verschillende gemeenschappen nodig is om blijvende verbeteringen op het gebied van gezondheid voor elkaar te krijgen. Zo speelt bij de ene groep religie geen rol, en is het bij een andere groep mensen juist een motor om verandering voor elkaar te krijgen. Dit project houdt rekening met die verschillen. De mensen moeten voelen dat om hen gaat, alleen dan zijn ze in staat hun gedrag te veranderen.”
Fotografie: Shutterstock