Communicatie en samenwerking tussen de leden van een operatieteam bepalen voor een belangrijk deel of een ingreep goed verloopt. Het gebruik van een black box op de OK kan helpen om dit te verbeteren. Dat blijkt uit onderzoek van Anne-Sophie van Dalen, die vandaag promoveert. De black box legt alles vast wat er tijdens de operatie gebeurt, waaronder ook de medische gegevens van de patiënt.

Promovenda Anne-Sophie van Dalen wijst op twee grote halve bollen aan het plafond – de camera’s – en een langwerpige microfoon. Dat is alles wat er te zien is van de black box in operatiekamer (OK) 20. Zes jaar geleden kreeg de OK op de AMC-locatie van Amsterdam UMC als eerste in Nederland een systeem dat niet alleen beeld en geluid registreert tijdens een ingreep, maar ook gegevens die de apparatuur in de OK bijhoudt over de patiënt. Vrijwel alles wordt meegenomen: van het openen van een deur en de bloeddruk van de patiënt tot wat er op de operatiecamera in de buik te zien is, de bewegingen van de teamleden en hun onderlinge gesprekken. Met behulp van bepaalde software worden de gegevens anoniem gemaakt, gesynchroniseerd en geanalyseerd, waarna het systeem met behulp van algoritmen een rapport produceert waarin de meest ‘opvallende’ momenten staan. “Die momenten kijk je met het hele OK-team terug en vervolgens bespreek je ze”, vertelt Van Dalen. “Dat kunnen zaken zijn die niet zo lekker liepen, maar ook dingen die juist wél goed gingen.”

Doel van dit alles: het verbeteren van de zorg op de operatiekamer en daarmee de veiligheid voor de patiënt. Van Dalen was vanaf dag één betrokken bij de invoering van de black box – die dus geen zwarte doos is zoals we die uit de luchtvaart kennen, maar een systeem dat alles vastlegt. De ORBB, zoals de black box kortweg heet, is vier jaar lang het onderwerp geweest van haar onderzoek. Vandaag promoveert ze. In haar proefschrift kon ze alvast melden dat naar verwachting meer OK’s in Amsterdam UMC een black box krijgen.

98 procent tevreden over black box

De invoering van de ORBB zorgde aanvankelijk voor veel opgetrokken wenkbrauwen. Want wat ging er precies met die beelden gebeuren? Konden de registraties ook gebruikt worden om iemand af te rekenen op fouten? Dat is nou juist níet de bedoeling, legt Van Dalen uit, die ook de juridische aspecten van de ORBB onderzocht. “We hebben het systeem zó ontworpen dat het voor medewerkers veilig is om de black box te gebruiken. Je kijkt namelijk naar het geheel, niet naar één persoon. De kracht van de ORBB is dat je met zijn allen evalueert wat er precies gebeurt in de OK. Daarvoor is wel een cultuurverandering nodig. Het hele team moet zich veilig voelen om te zeggen wat er niet goed is gegaan. Het is dan ook belangrijk om open te zijn over wat je met die gegevens gaat doen: nadat het rapport is gemaakt, worden de originele data gewist.”

Uiteindelijk, zo blijkt uit Van Dalens onderzoek, hebben degenen die met het systeem werkten – zelfs de grootste critici – de black box echt omarmd. Maar liefst 98 procent van hen (variërend van artsen, verpleegkundigen en anesthesiologen tot co- en operatieassistenten) liet weten dat ze collega’s aanraden om op deze manier operaties te evalueren. “In de topsport kijk je ook beelden terug”, zegt chirurgiehoogleraar Marlies Schijven, promotor van Van Dalen en medeverantwoordelijk voor het invoeren van de black box. “Opereren is naast topsport, bij uitstek een teamsport. En wie wil er nou niet tot het beste team behoren?“

Meer succes dan andere initiatieven

Heeft de black box inmiddels zijn waarde bewezen? Van Dalen concludeert van wel, en dan vooral op het vlak van niet-technische vaardigheden, zoals de communicatie en samenwerking tussen de leden van het operatieteam. Alle voorgaande initiatieven om deze vaardigheden te verbeteren, hadden veel minder succes.
Het waren op het oog kleine, maar o zo belangrijke dingen die de ORBB-data aan het licht brachten. “Mensen doen regelmatig verkeerde aannames”, vertelt Van Dalen. Voor een ander denken, zonder bij deze persoon te checken of dat echt is wat hij of zij wil. Welke lamp bedoel je precies als je zegt dat het licht wat feller mag? “Duidelijk communiceren blijkt niet altijd makkelijk.”

Naamsticker

Van Dalen wijst naar de naamsticker op haar papieren OK-muts. Ingevoerd omdat de black box aan het licht bracht dat OK-personeel soms niet doorhad dat een mededeling voor hen bedoeld was. “Tijdens een operatie werk je met wisselende collega’s. Het komt best vaak voor dat je in stressvolle omstandigheden iemands naam niet meer weet, erg onhandig als je snel iemand aan moet spreken. Daarom draagt ieder teamlid nu een naamsticker.”
Een quick win, noemt promotor Schijven deze aanpassing. En zo kan ze een heel rijtje opnoemen: variërend van de plek waar de operatieassistent gaat staan om instrumenten aan te geven tot het repareren van een wiebelend beeldscherm dat onnodig afleidt. Van Dalen: “Elk afzonderlijk zijn het geen dingen die tot incidenten hebben geleid. Maar het kán wel. Aan elke echte fout gaat een reeks vooraf van dit soort kleine gebeurtenissen. Juist díe moet je voor zijn.”

Of de black box voor minder complicaties zorgt in de OK? Moeilijk te zeggen, meent Van Dalen, die dat niet heeft uitgezocht. Schijven: “Gelukkig weten we door de black box wat er echt gebeurt in de OK, en kunnen we zo nodig aanpassingen doen om nog veiligere en betere zorg te leveren met het hele OK-team. Geweldig toch?”

Lees het proefschrift A black box in the operating room van Anne-Sophie van Dalen.

Bekijk hieronder een video over de introductie van de black box in Amsterdam UMC, locatie AMC

Accepteer alle cookies om deze video te bekijken.

Tekst: Irene van Elzakker
Fotobijschrift: Anne-Sophie van Dalen (links) en Marlies Schijven